10% versus 90%

Ken je de uitdrukking: Je gebruikt maar 10% van je hersens? Dat geeft de indruk dat onder je schedeldak 90% ligt te slapen En dat is echt niet het geval. 

Deze mythe is ooit ontstaan toen uit hersenonderzoek bleek dat onze hersenen maar voor 10% uit neuronen bestaat. De overge 90% zijn gliacellen. Daarvan is lang gedacht dat de enige functie een steunende functie voor de neuronen was. Inmiddels is duidelijk dat gliacellen allerlei andere belangrijke taken verrichten. Zo ondersteunen ze het hersenweefsel door te zorgen voor stevigheid en ze maken isolatielaag myeline. Daarnaast ruimen gliacellen dode of kapotte cellen op zijn ze betrokken bij het in standhouden van de bloed-hersen barrière. 
Zie voor verdere informatie: https://herseninstituut.nl/hersenen/onderwerpen/gliacellen/

De uitdrukking is ook op een andere manier uit te leggen: We gebruiken wel 100% van de kennis die is opgeslagen in ons lichaam / brein maar we zijn ons maar van 10% bewust. Dat wordt ook wel het ijsberg effect genoemd. Je ziet alleen het topje van de ijsberg waar het grootste deel onder het water niet te zien is. (En waar een schip wel op kan vastlopen)

Van alle kennis die wij tot onze beschikking hebben gebruiken wij in ons dagelijks bewustzijn maar zo’n 10%. Die overige 90% vind je terug in je onderbewustzijn. Daar bevinden zich alle geutomatiseerde processen die we ons bewust en onbewust eigen hebben gemaakt. Daarin bevinden zich ook al onze overtuigingen die wij zelf hebben bedacht of hebben overgenomen van invloedrijke mensen om ons heen. Met name de periode van conceptie tot 7 jaar is hierin belangrijk.

Veel automatismen zijn natuurlijk reuze handig. Denk aan trappen lopen. Als je daar nu bij gaat nadenken, loop je grote kans op struikelen. Of heb je weleens voor een pinapparaat gestaan terwijl je niet meer op de pincode kon komen? Als je je handen op het toetsenbord legt, toets je automatisch de juiste code in. Alsof je handen als vanzelf gaan. Nadenken gaat dan alleen dit patroon verstoren.

Ons lichaam heeft een eigen geheugen. Als je dat een beetje zweverig vindt klinken, denk dan eens aan een USB stick. Waarschijnlijk gebruik je die wel eens. Heb jij jezelf ooit afgevraagd hoe het kan dat je informatie kunt opslaan op een stukje metaal? Ik moet de eerste nog tegenkomen die dat werklijk begrijpt. En toch maken we er wel gebruik van. Als er informatie vastgelegd kan worden op een stick, of op bijvoorbeeld een CD-Rom of elpee, waarom zou dat dan niet kunnen op lichaamsweefsel?

Ons lichaam slaat informatie op. Dat kan in de vorm van emoties, ervaringen en ook in gedachten. Als je bijvoorbeeld omver bent geduwd en je hebt een rib gebroken kan het zijn dat je de boosheid op de ander hebt opgeslagen op die rib. Ja, klinkt misschien wonderlijk maar als je meer ervaring krijgt met 'energie psychologie' dan ontdek je andere werkelijkheden dan alleen de direct waarneembare via ons 5 zintuigen.